Met de lijn zou je er al zijn

De afgelopen twee dagen hebben we ons bezig gehouden met bussen nemen. Onze tocht startte zondagochtend om 5U30 op Utila. Nadat we onze rugzakken weer maar eens hadden volgeladen waggelden we naar het huis van Ronie, onze kapitein van die ochtend. Hij moest eerst nog vier Chileense of waren het nu Argentijnse dames gaan wekken in het hotel 500m verderop en dan konden we vertrekken. Toevallig hadden we dat viertal de dag voordien een kwartier zien spenderen aan het afrekenen aan de kassa. We hielden ons hart dus al vast. Na een 20 minuten zoeken kwam Ronie terug met de mededeling dat de meiden een vlucht hadden geboekt en dus niet meer met de boot mee wilden. (Dat belooft voor onze reis in het puntje van Zuid-Amerika!) De overzet naar het vasteland verliep uiterst vlot en was zelfs veel aangenamer dan de ferry die we in de heenreis hadden genomen. Bovendien kwam er op een gegeven moment zelfs een dolfijn uit de golven gesprongen vlak naast onze boot om ons eens van dichterbij te bekijken. In La Ceiba mistten we op een kwartier na onze bus dus moesten we anderhalf uur wachten. Op het moment zijn de meeste wegen in Honduras niet wat ze zouden moeten zijn. Sinds de nieuwe regering (na de coup van vorig jaar, hoewel de president ondertussen wel officieel verkozen is) is de infrastructuur er niet op vooruit gegaan. De bus deed er dus ook enkele uren langer over dan gepland om in Tegucigalpa toe te komen.
De hoofdstad van Honduras is niet meteen de veiligste stad van Centraal Amerika, maar wij ondervonden er geen problemen. Onze tweede reisdag moest ons van Tegucigalpa naar Matagalpa in Nicaragua brengen. Bleek dat er geen bussen vanuit Honduras die stad zouden passeren. Dus hebben we dan maar een ticket richting Leon gekocht. We hadden opnieuw veel geluk met het transport. Dat blijkt nu in het regenseizoen echt niet al te betrouwbaar. Deze keer vertrokken we met een vertraging van 2 uur en een beetje. Met een blij gemoed want Honduras was ons buiten Copan minder meegevallen dan Guatemala. En we hadden wel wat verwachtingen van Nicaragua. 
Ondertussen zitten we in het ViaVia café van Leon. Wat wil zeggen dat we veilig zijn toegekomen. Toch niet zonder ook op het laatste stuk in Nicaragua de sporen van het regenseizoen te hebben mogen ervaren. Over een afstand van zeker 5 km maakte de weg immers deel uit van een rivier die dwars over de weg stroomde. Zoiets hadden we nog nooit gezien. De weinige huizen langs de kant stonden zeker 1,5 m onder water en op één plaats had de stroming een vrachtwagen van de weg gespoeld. Maar we zijn er met traag en voorzichtig rijden toch door geraakt. Het is hier wel het beste hotel dat we tot nu toe hebben gevonden. Bovendien worden we op dit moment getrakteerd op een gratis optreden van een plaatselijke beginnende groep. Viva la musica!

Het welkomstcomité

Geen opmerkingen:

Een reactie posten