Vaarwel Argentinie!

Na een laatste mooie wandeling en een maaltijd lekkere locro, een typisch gerecht, namen we afscheid van Argentinie. Voor de eerste keer zijn onze verwachtingen niet uitgekomen. Alleen het uiterste noorden en het uiterste zuiden waren even mooi als in onze verbeelding. Daartussen bevindt zich het saaist mogelijke landschap, met hier en daar wat oninteressante steden (met uitzondering van Rosario en Buenos Aires). Stel je voor dat je van Brussel tot Madrid rijdt zonder iets interessant te zien! Misschien is de westelijke kant van Argentinie met Mendoza en Bariloche meer de moeite. Dat zal voor onze opgevolgers wereldreizigers zijn om uit te zoeken. Wij gaan die kant vanuit Chili bekijken, in de hoop daar iets meer authenticiteit te vinden. (Daar hebben meer originele bewoners/indianen de uitroeingsacties van de regering overleefd.) En hopelijk ook iets minder de "Wij hebben van alles het beste" air. Nu begrijpen we waarom de 5 Argentijnse meisjes bijna niks aten of dronken van wat we kregen tijdens de Uyunitrekking. Ze hadden van alles hun eigen gerief mee. Na 4 weken Argentinie weet je waarom. De hele natie drinkt bijvoorbeeld dezelfde thee op dezelfde manier. Met een soort rietje in een tas zonder oor, kappen ze grote hoeveelheden smakeloze kruidenthee, en daar gieten ze onophoudelijk warm water bij. Het is sterker dan een Belg met een pint in zijn hand. Geen enkele Argentijn gaat op stap zonder zijn thermos en theekop. Het lijkt me een van die dingen die sociaal verplicht zijn. Om tot de Argentijnse "cultuur" te behoren, moet je verder ook rondrijden met een zo gehavend mogelijke auto. Hoe roester, ouder en kapotter hoe beter. Liefst nog op 3 wielen. Verder is het als man heel hip je haar in een dot te doen en met ontbloot bovenlijf rond te lopen. Helaas heb ik Maarten niet kunnen overtuigen. Kamperen, om dan veel lawaai te maken en de hele nacht te eten en te drinken, is ook populair. En sssjen! We begrepen vaak geen snars van hun gebrabbel.

Een typisch straatbeeld in Buenos Aires

Om mijn verhaal toch met een positieve noot af te sluiten zal ik vertellen over onze laatste 10 dagen in Patagonie. Deze mythische streek is mooi. Ze is mysterieus. Koud. Uitgestrekt. Ideaal om te paardrijden. De vegetatie is vaak hetzelfde als bij ons. Zelfs mijn ongeoefende oog herkende distels, klaver, paardebloemen, nagelkruid, ooievaarsbek, wegebree. Er zijn besneeuwde bergtoppen, meren met prachtige kleuren, woestijnvlaktes, steeds veranderende luchten, en veel dieren. Vooral veel vogels. Ik heb mijn roofvogelhart meermaals kunnen ophalen. Op de camping kwamen geregeld 2 arenden op bezoek die tot anderhalve meter naderden. Langs de kust zit het vol met zeeleeuwen, zee-olifanten, pinguins en dolfijnen. De dolfijnentoer die we gedaan hebben was een absoluut hoogtepunt. Samen met hun spelen en racen over de golven was onvergetelijk. Het waren enorm mooie en speelse dolfijnen, met hun wit en zwart precies mini-orka's. De grappige pinguins keken vanop een afstand wat verbaasd toe. Jammer dat we hier geen 2 maand vroeger waren dan eerst gepland, dan hadden we nog meer dieren gezien. En was het rustiger en stukken goedkoper geweest.

Patagonie zal ook herinnerd worden als de plaats waar we voor het eerst Welshe afternoontea dronken. Gaiman wordt aangeprezen als een echte Welshe stad midden in de Patagonische steppe, maar is een oord waar niks te beleven valt. Behalve enkele theehuizen en een treintunnel. De thee was zeer lekker, evenals de stukken taart. Er lagen ook sneden brood bij met echte boter, waw!

Na al die pinguins, dolfijnen en stukken taart overleefden we de zoveelste rit van 18 u met de bus. Hadden we onze rijbewijzen nog gehad huurden we zeker een auto. Dat is een veel betere manier om deze streek te verkennen, want de bussen stoppen altijd op de minst interessante plaatsen. Je rijdt door een mooi landschap, met overal guanaco's, nandus en wilde paarden. Ik had ook graag een foto genomen van een Patagonisch schaap, die niemand het stoppen waard vindt. Helaas. Onze bestemming was El Calafate en daar bleek, zoals het in het hoogseizoen past, alles volzet. We vonden een vreemd, familair hostelletje waar ze de hele dag naar een culinaire zender zitten te kijken. De stad zelf lijkt nog het meest op een luxe-ski oord, en is ongelooflijk toeristisch. Hier kwamen we op 2 dagen tijd 5 Belgen tegen, dat is bijna meer dan de voorbije 5 maanden samen.
De stad is geen veel bezochte plek voor zijn culinairheden of vriendelijke bevolking (we kregen er zelfs eens 6 zwaar beschimmelde pistolets van de bakker zonder zich te excuseren), maar voor zijn nabijheid bij de bekende Perito Moreno glacier. Elke Argentijn die we ontmoetten voelde zich geroepen zijn schoonheid te bezingen. Het Macchu Picchu van Argentinie! Wie er niet naartoe gaat wordt enigszins schuin bekeken. Dus wij togen goedgeluimd op weg. Bij het zien van de gruwelijk kunstmatig aangelegde loopbruggen, de toeristenbussen, de toegangsprijzen en de glacier zelf zakte mijn goedgeluimdheid echter snel. Je mag er niet eens rondwandelen, noch afzakken tot het meer. Op oudere foto's is een andere glacier te zien waar die van nu maar een flauw afkooksel van is. Maarten, die ocharme nog nooit een gletsjer had gezien, vond het wel indrukwekkend. Maar ik kreeg gelijk nadat we later voor een andere, veel mooiere gletsjer stonden. De Perito Moreno is de uitstap niet meer waard.

Later, dat was in een ander deel van het park Los Glaciers. Vanuit Chalten (een sympathieker dorpje op slechts 3u bus vanuit El Calafate) deden we een 3-daagse trekking. Je kan er ook gemakkelijke tochtjes doen en uitrusten in chique hotels. Vandaar dat ook hier dikke nekken en buiken liepen te pronken met hun duur materiaal. Gelukkig kom je die in de bergen zelf niet tegen. Deze 3 dagen waren de mooiste van heel Argentinie. De hevige wind, de regen, de koude, en ook wel wat zonneschijn, zijn meteen vergeten wanneer je geconfronteerd wordt met deze natuurpracht. Blijkbaar zijn niet alle trekkers even onder de indruk want tot onze grote frustratie vonden we sigarettepeuken en vuilnis ondanks herhaalde verbodsborden. In deze tijd van het jaar is het er zeer druk en ben je de hele tijd bezig te Ola!-en. Maar hoe later op de dag, hoe minder vaak je begroet werd. Ook ik had na uren stappen minder adem over... Hoewel de wandelingen er eigenlijk helemaal niet zwaar zijn.

Nu we weten dat het in Patagonie hard kan waaien, slecht en goed weer kan zijn op hetzelfde moment en de wandelingen niet zo zwaar zijn, zijn we klaar voor de grootste trekking van onze reis in Torres del Paine. Ondertussen zijn we niet ingecheckt in Puerto Natales. Hoewel even toeristisch als zijn Argentijnse tegenhanger El Calafate is het hier veel toffer. Onze eerste ervaringen met Chili zijn alleszins al positief. Zelfs de grensovergang ging vlotjes. En de Chilenen zijn grappig.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten