Colca Canyon, de diepte in (en terug omhoog)

We zijn net terug van een driedaagse terktocht in de Colca Canyon. Dat is de tweede diepste canyon van de wereld en twee keer zo diep als de Grand Canyon. Tijdens de eerste dag zijn we langzaam afgedaald in de canyon. De vergezichten waren indrukwekkend, vooral dan van de bertoppen an de overkant en de basaltkliffen waar we langs trokken. Toch vonden we allebei dat de Grand Canyon indrukwekkender was. Na ongeveer 4 uur waren we beneden aan de rivier. Dit is trager dan normaal maar we hebben regelmatig gerust en uitgebreid gepiknikt onderweg. Als je in zo'n mooi landschap rondloopt, moet je je niet haasten. We kruisten regelmatig amder toeristen die allemaal begeleid werden door een gids: Op zich helemaal niet nodig want er is maar 1 pad naar beneden. Ook aan de rivier hielden we een uitgebreide pauze en zaten met onze voeten in het ijskoude water van de Colca. Iets wat de groepen met gidsen niet doen. Uiteindelijk zijn we dan ook de brug overgestoken. Het dorpje aan de overkant, San Juan was een waar paradijs in de droge canyon. Vol vijgenbomen (we willen er ook graag een in onze tuin in Leuven, want ze geuren zo heerlijk), avocadobomen, maisvelden in terrasvorm verlaten huisjes en hier en daar nog eentje bewoond. We eindigden uiteindelijk bij Gloria, die ons een heerlijke maaltijd voorschotelde. De tweede dag trokken we hoger de noordelijke flank van de canyon op tot het dorpje Tapay. Een zware en steile klim, en het dorpje zelf was niet zo bijzonder: De afdaling nadien door een zijtak van de canyon naar het volgende dorpje was echter uitzonderlijk mooi. Veel mooier dan de Grand Canyon. Er kwam een jonge condor over onze hoofden de helling afgescheerd. We liepen langs irrigatiekanaaltjes. We kruisten een klein riviertje en bleven daar even op een grote rots uitrusten. Terwijl we daar zaten kwam er een dorpeling langs een we hebben even een praatje gemaakt. Hij vertelde ons van het leven in de canyon, wij hem van het leven in België. Nadien was het nog een goeie twee uur afdalen tot we opnieuw de grote rivier konden oversteken. Aan de overkant wachtte ons een oase, met palmbomen en zwembad. De derde dag moesten we terug naar het dorpje waar we gestart waren, Cabanaconde. Het was een klim van zeker 1100m over een afstand van zo'n 6 a 7 km. Behoorlijk steil dus. En er leek maar geen einde aan te komen, bovendien waren onze rugzakken veel te zwaar (dat weten we nu voor de volgende trekking). Maar na veel rustpauzes en een traag maar gestaag tempo raakte we toch boven. Daar werden we verwelkomd door een ganse fanfare. Er trok net een processie met de lokale heilige door de straten. En nu rusten en een pisco drinken. Dat hebben we wel verdiend!

De Colca Canyon

De lange weg naar beneden

Het leuke hostelletje in San Juan


Onze rustplek na de trekking

Geen opmerkingen:

Een reactie posten